Gunilla Birkestad

Hoe het begon

In 1984 werd de Zweedse Gunilla Birkestad in het verpleegtehuis, waar zij op dat moment werkte, getroffen door de aanblik van een man die onderuitgezakt in een spasme in zijn rolstoel zat. Niet allen was deze man spastisch, ook autisme en epileptie waren gediagnosticeerd. In een opwelling streelde ze zijn hand en arm om contact te maken en tot haar verbazing ontspanden die zich na geruime tijd. Wat bij het wassen met veel inspanning gepaard ging gebeurde nu moeiteloos, de vingers van de al jaren verkrampte hand ontsloten zich en werden zacht.

Na het bijwonen van een seminar voor babymassage docenten in 1989, ontdekte ze een boek dat zich richtte op dit onderwerp. Ashley Montagu’s boek “ Aanraking een levensbehoefte “ noemde de effecten van aanraking tactiel stimulering.

In 1992 ontmoette ze Prof. Kerstin Uvnas Moberg van het Karolinska Institute. Zij heeft al meer dan 20 jaar de effecten onderzocht van aanraking en deed ondersteunend wetenschappelijk onderzoek. Door haar werk had Gunilla nu een theorie en een achtergrond om de effecten van de Tactiel Stimulering te verklaren.

Zo ontwikkelde zich geleidelijk aan een methode die verzorgers heel wat werk uit handen neemt en die voor patiënten koestering, ontspanning en vermindering van pijn betekend. Omdat de techniek die ze ontwikkeld had zich alleen richtte op de effecten van aanraking, noemde ze de techniek Tactil Stimulering. Deze stimulering van de huid als tast-orgaan wordt tegenwoordig in Zweden niet alleen in elk zorgcentrum toegepast, maar heeft er ook zijn weg gevonden naar vrijwel alle kinderdagverblijven en scholen.